Mensen die in de jaren 60 en 70 zijn geboren, zijn gelukkiger, volgens de psychologie

Volgens deskundigen kunnen emotionele volwassenheid, wijsheid en levenservaring mensen helpen om welzijn en volledig geluk te bereiken

Volgens de psychologie zouden mensen die tussen 1960 en 1970 zijn geboren de gelukkigste mensen op aarde zijn

Op dit moment zijn mensen die tussen 1960 en 1970 zijn geboren ouder dan 55 jaar. Mensen van deze leeftijd maken vaak ingrijpende veranderingen in hun leven door, zoals pensionering, gezondheidsproblemen en veranderingen in hun uiterlijk. Volgens deskundigen kunnen ze in deze levensfase echter ook volledig gelukkig worden.

Op een waardige manier ouder worden betekent een hoge levenskwaliteit behouden, je gerespecteerd voelen als oudere, je autonomie behouden en beslissingen nemen voor je fysieke en psychologische welzijn. Sommigen voelen zich verdrietig als ze merken hoe de tijd is verstreken, maar dit kan ook getuigen van een vol leven, vol herinneringen, successen en overwinningen.

Hoewel het eng kan zijn, is het overschrijden van de grens van 50 jaar, als ‘halverwege’, ook bevredigend. Volgens de psychologie bereiken mensen vanaf dit moment maximale vreugde dankzij de gelukscurve.

Wat is de gelukscurve?

Verschillende internationale studies, waaronder een studie van econoom David Blanchflower van Dartmouth College, hebben aangetoond dat het gevoel van persoonlijk welzijn een U-vormig patroon volgt. Dit betekent dat het vanaf de jeugd tot ongeveer 40 of 50 jaar afneemt, maar daarna weer begint te verbeteren en tussen 60 en 70 jaar zijn hoogste niveau bereikt.

Volgens deskundigen wordt dit geluksgevoel veroorzaakt door de emotionele volwassenheid die met de jaren komt en doordat mensen zich meer op het heden concentreren. Bovendien leren mensen na verloop van tijd stress te beheersen, hun emoties te controleren en de onvermijdelijke veranderingen in het leven te accepteren.

Een onderzoek naar levensduur, uitgevoerd door de Pennsylvania State University, volgde meer dan 3000 volwassenen gedurende twee decennia en bracht aan het licht dat stress met de leeftijd afneemt. Bovendien verandert ook de manier waarop mensen met deze situaties omgaan. Zo ervoer bijna de helft van de deelnemers op 25-jarige leeftijd bijna elke dag stressvolle situaties, terwijl dit op 70-jarige leeftijd nog maar op 30 procent van de dagen het geval was.

“Jonge volwassenen ervaren meer angst op dagen met stressfactoren dan oudere mensen. Maar rond de leeftijd van 55 jaar, met dat voordeel van de leeftijd, omdat de reactie op stress verbetert met de leeftijd, begint de angst af te nemen en te stabiliseren”, legde de auteur van de studie, David Almeida, uit in een interview met Scientific American. Op dezelfde manier analyseerde Jonathan Rauch in zijn boek The Happiness Curve: Why Life Gets Better After 50 (De gelukscurve: waarom het leven beter wordt na je 50ste) de hersenwetenschap achter levenscycli.

De onderzoeker ontdekte dat je met het ouder worden een positievere houding en een optimistischer kijk op het leven ontwikkelt, die als een emotioneel schild fungeren tegen fysieke slijtage. Dat wil zeggen dat hoewel het lichaam na verloop van tijd verzwakt, de geest niet opgeeft of in wanhoop vervalt. Bovendien nemen mensen in die jaren vaak rollen op zich die hen nog meer kunnen motiveren. Velen worden mentor of leraar en doen activiteiten waarmee ze alle kennis die ze hebben opgedaan kunnen doorgeven.

“Er is een enorme hoeveelheid onbenutte wijsheid en potentieel te ontdekken. Door de gelukscurve bevinden ze zich vaak in een positie waarin ze een bijdrage willen leveren. Ze willen mentor worden, vrijwilligerswerk doen en eenvoudige banen uitoefenen waarin ze hun vaardigheden kunnen ontwikkelen“, aldus Rauch in een gesprek met The Guardian. Op die manier is leeftijd een weerspiegeling van alle lessen en herinneringen. Het bereiken van maximaal geluk komt dan ook vanzelf met de tijd.