Een studie documenteert voor het eerst hoe bultruggen bellenringen vlak voor mensen maken. Spel, communicatie of iets anders? Ontdek wat dit fascinerende gedrag betekent.
Soms, tijdens een excursie om walvissen te spotten, gaat het spektakel verder dan verwacht. Het gaat niet alleen om het zien van een enorm dier dat uit het water opduikt, maar ook om het getuige zijn van iets dat niet helemaal past in de bekende categorieën van dierlijk gedrag. Dat overkwam verschillende waarnemers op verschillende plaatsen in de wereld toen ze in plaats van eenvoudige sprongen of staarten die het wateroppervlak raakten, perfecte ringen van bubbels uit de zee zagen oprijzen. De bultruggen (Megaptera novaeangliae) bliezen ze recht voor de neus van mensen op boten of zelfs zwemmend in de buurt. Niemand wist wat hij ervan moest denken. Was het een spel? Was het kunst? Was het een boodschap?
Nu geeft een wetenschappelijke studie de eerste antwoorden. Deze studie, gepubliceerd in het tijdschrift Marine Mammal Science en geleid door onderzoekers van het SETI Institute en de Universiteit van Californië in Davis, heeft 12 gevallen van bubbelringen door bultruggen gedocumenteerd, met in totaal 39 structuren die door 11 individuen werden gegenereerd. Het onderzoek suggereert dat dit zelden waargenomen en tot nu toe weinig begrepen gedrag verband zou kunnen houden met nieuwsgierig of zelfs speels gedrag ten opzichte van mensen.
Bellen als communicatiemiddel en jachtwapen
Hooftwalvissen fascineren mariene biologen al decennia lang met hun gebruik van bellen. Deze structuren, die ze uit hun neusgaten of mond uitstoten, dienen in vele contexten: van gezamenlijke jacht tot sociale interacties. Zo is beschreven hoe mannetjes tijdens paringsrituelen bellen uitblazen om de aandacht van een vrouwtje te trekken. Ook is waargenomen dat moeders met hun jongen bellen uitblazen terwijl ze rusten, een scène van intimiteit en mogelijk gehechtheid.
Een van de bekendste gedragingen is het ‘bubble net feeding’ of eten met een bubbelnet. In dit geval zwemmen de dieren in een spiraal terwijl ze lucht uitademen, waardoor een barrière ontstaat die vissen vangt. Volgens de studie verschilt dit type structuur sterk van het huidige onderzoeksobject: de draaiende bellenringen, die “met lucht gevulde poloidale wervelingen” zijn. Het zijn dus geen spiraalvormige jachtnetten, maar holle cirkels die langzaam naar de oppervlakte stijgen, zoals de rookringen van een ervaren roker.
Een zeldzaam, maar herhaald gedrag
Opvallend is dat deze structuren geïsoleerd ontstaan, in omstandigheden zonder duidelijke tekenen van voedselzoekgedrag of agressie. In 10 van de 12 episodes die in het artikel worden beschreven, werden de ringen geproduceerd in de nabijheid van mensen, hetzij in boten, hetzij zwemmend. In die gevallen vertoonden de walvissen geen stress of de intentie om weg te zwemmen. Integendeel: ze naderden langzaam, met zachte bewegingen, en bleven vaak in de buurt nadat ze de ring hadden losgelaten.
Volgens het artikel “leken de waargenomen individuen die bellenringen uitstootten ontspannen en minimaal opgewonden tijdens het uitstoten”. Er was geen agressief gedrag zoals slaan met vinnen, bellenuitbarstingen of luide geluiden. Dit suggereert dat het om een vrijwillige handeling gaat, en niet om een defensieve reactie of onderdeel van een jachtstrategie.
Bovendien wordt bevestigd dat de ringen niet gericht waren op andere walvissen, maar op de aanwezige mensen. In zeven van de negen episodes die als “onderzoekend” werden gekwalificeerd, bevond de walvis zich op minder dan een lichaamslengte van de zwemmer of de boot, wat wijst op een opzettelijke oriëntatie.
Spel? Communicatie? Iets anders?
Een van de meest suggestieve hypothesen van het team is dat dit gedrag verband zou kunnen houden met spelen. Bij walvisachtigen wordt dit soort gedrag in verband gebracht met vormen van leren, socialisatie of verkenning van de omgeving. De studie vermeldt dat de walvissen in sommige gevallen ook bewegingen vertoonden die als speels kunnen worden geïnterpreteerd, zoals ronddraaien om hun as of interactie met voorwerpen zoals zeewier.
Volgens de auteurs kunnen “vanaf het oppervlak zichtbare spelactiviteiten bestaan uit het slaan met de borstvinnen, ontspannen schommelen met de staart of gedeeltelijke sprongen met het lichaam”. In een van de gedocumenteerde gevallen dook een van de walvissen zelfs door zijn eigen ring van bellen, wat duidt op een vorm van bewuste interactie met de gegenereerde structuur.
Een andere mogelijkheid die wordt overwogen, is dat de ringen deel uitmaken van een vorm van non-verbale communicatie. De verwijzing naar Karen Pryor is expliciet: “De patronen van bellenproductie bij walvisachtigen vormen een communicatiemiddel dat niet beschikbaar is voor landzoogdieren” . Dit opent de deur voor verder onderzoek naar de intelligentie en expressiviteit van deze dieren en naar de mogelijkheid dat ze complexe visuele signalen gebruiken om te communiceren met zowel soortgenoten als andere soorten.
Reactie op onze aanwezigheid?
Een van de meest opmerkelijke aspecten van de studie is het duidelijke verband tussen de aanwezigheid van mensen en het produceren van ringen. De onderzoekers raadpleegden experts die al jarenlang het gedrag van walvissen registreren met drones in gebieden waar ze zich voortplanten, migreren en voeden. Tijdens meer dan 5.000 vluchten werd geen enkele bubbelring waargenomen zonder dat er mensen in de buurt waren.
Dit bewijst geen causaliteit, maar suggereert wel dat de aanwezigheid van mensen het gedrag zou kunnen beïnvloeden of uitlokken. In sommige gevallen waren de waarnemers luidruchtig en actief, terwijl ze in andere gevallen passief bleven. Toch verschenen de ringen in beide contexten, wat wijst op een innerlijke motivatie van het dier die nog niet volledig wordt begrepen.
Bovendien valt op dat de ringen met een aanzienlijke technische precisie werden geproduceerd. Ze kwamen altijd uit het neusgat, niet uit de mond, en er waren geen externe signalen die hun verschijning aankondigden: “er was geen extern bewijs dat de ring op het punt stond te worden geproduceerd, zoals het opblazen van de vestibule of hoofdbewegingen” .
Wat zegt dit alles over walvissen (en over ons)?
Dit werk documenteert niet alleen een nieuw en fascinerend gedrag, maar roept ook diepgaande vragen op over de aard van niet-menselijke intelligentie. Bultruggen stonden al bekend om hun complexe gezang, hun coöperatieve jachtnetwerken en hun interacties met andere soorten. Nu, met het creëren van naar mensen gerichte bellenringen, wordt een nieuw element aan die lijst toegevoegd.
Zoals de auteurs concluderen: “Zowel de speelse als de communicatieve uitingen van de bellenringen kunnen een diepere betekenis hebben.” Misschien hebben we hier te maken met een vorm van interspecifiek contact die we nog maar net beginnen te begrijpen. Wat duidelijk is, is dat deze luchtwervelingen geen toevalligheden van de zee zijn, maar sporen van een geest die in staat is tot verwondering, nieuwsgierigheid en misschien nog wel iets meer.